Werken met de flitser
Werk je veel met de flitser, of toch maar niet? Veel (beginnende) fotografen vinden het best wel eng om met een flitser te werken. Onvoorspelbare resultaten, overbelichte voorgrond met een zwarte achtergrond, dat zijn zo wat van de doemscenario's. Maar dat hoeft helemaal niet. Je flitser kan ervoor zorgen dat je mooi belichte foto's krijgt en in veel gevallen voegt je flitser ook daadwerkelijk wat toe aan je foto. Maar hoe kunnen we dan toch waarheidsgetrouwe foto's maken waarbij je bijna niet ziet dat er met een flitser gewerkt is?


Laten we eerst eens kijken wat een flister eigenlijk is en wanneer je de flitser gebruikt.
Een flitser is een extra sterke lichtbron die gedurende zeer korte tijd (1/1000 sec - 1/10.000 sec) een krachtige lichtpuls afgeeft. Het uiteindelijke doel is om je onderwerp extra van licht te voorzien, of om er een speciaal effect mee te bereiken.
Er zijn momenteel nogal wat mogelijkheden om je onderwerp van extra licht te voorzien.
• ingebouwde flitser (pop-up)
• opzetflitser (extern)
• studioflitsers
• macroflitsers (ringflitsers)
• continu licht
• opzetflitser (extern)
• studioflitsers
• macroflitsers (ringflitsers)
• continu licht

Een illustratie van ringflitsers. Populair voor Macrofotografie én Portretfotografie.
Het basisprincipe van een flitser of continu licht is het toevoegen van extra licht op de plek waar jij dat wilt hebben of nodig is.
Er zijn een aantal basisprincipes die je moet weten wanneer je met je flitser aan de slag gaat.
• Richtgetal
• Flitssynchronisatie snelheid
• slow-sync
• high speed sync
• 1e of 2e gordijn flitsen
• Flitsbelichtings compensatie FEV of FEB op camera of flitser
• Rode ogen reductie
• Flitssynchronisatie snelheid
• slow-sync
• high speed sync
• 1e of 2e gordijn flitsen
• Flitsbelichtings compensatie FEV of FEB op camera of flitser
• Rode ogen reductie
Richtgetal
Kortweg geeft dit getal je een idee hoe krachtig de flitser is. Vele merken bieden flitsers aan en meestal wordt het richtgetal in het typenummer verwerkt, maar soms ook niet. Je moet dan goed naar de specificaties kijken.
Een paar voorbeelden:
Canon 600 EX – richtgetal is 60 meter
Nikon SB-300 – richtgetal is 30 meter
Meike SB-930 – richtgetal is 58 meter
Sigma ES-630 – richtgetal is 63 meter
Sony HVL-F60M – richtgetal is 60 meter
Canon 600 EX – richtgetal is 60 meter
Nikon SB-300 – richtgetal is 30 meter
Meike SB-930 – richtgetal is 58 meter
Sigma ES-630 – richtgetal is 63 meter
Sony HVL-F60M – richtgetal is 60 meter
Het uiteindelijke bereik van je flitser is naast het richtgetal ook zeer afhankelijk van je instelling voor het diafragma en de ISO instelling.
De algemene formule voor het bepalen van de afstand die het flitslicht kan verlichten is:
diafragma = richtgetal / afstand [m]
of
richtgetal = diafragma x afstand ([m]
of
richtgetal = diafragma x afstand ([m]
Het uitgangspunt voor het richtgetal is een ISO-waarde van 100.
Flitssynchronisatie snelheid (slow-sync en high speed sync)
Wanneer je met de flitser aan de gang gaat, is er het fenomeen flitssynchronisatie snelheid iets waar je rekening mee moet houden.
In z’n algemeenheid is een sluitertijd van 1/200 sec – 1/250 sec de snelste sluitertijd die je kunt gebruiken als flits synchronisatie snelheid. (slow-sync)
Ga je toch flitsen met snellere sluitertijden dan is het resultaat een zwarte horizontale balk over je foto. Dat komt doordat de flitser niet het hele sensoroppervlak heeft kunnen verlichten vanwege de snelle sluiterbeweging.
Voor snellere (kortere) sluitertijden moet je flitser beschikken over de zgn. High Speed synchronisatie optie.
High Speed sync wordt gebruikt om toch te kunnen flitsen met sluitertijden sneller dan de gewone flitssynchronisatie snelheid.
Tijdens High Speed flitsen zal de flitser continu licht uitzenden tijden de sluiterbeweging om zodoende het hele sensoroppervlak te verlichten.
Tijdens High Speed flitsen zal de flitser continu licht uitzenden tijden de sluiterbeweging om zodoende het hele sensoroppervlak te verlichten.

Zie hierboven een publicatie van Canon over High Speed sync,


1e of 2e gordijn flitsen
Op je camera of flitser heb je de mogelijkheid om te kiezen voor flitsen op het 1e of 2e gordijn.
De sluiter van je camera werkt met 2 gordijnen. Het 1e gordijn zorgt ervoor dat de sensor belicht wordt, het 2e gordijn zorgt ervoor dat de sensor weer afgesloten wordt.
Je hebt nu de keuze wanneer de flitser zal flitsen. Op het eerste of het tweede gordijn.
De sluiter van je camera werkt met 2 gordijnen. Het 1e gordijn zorgt ervoor dat de sensor belicht wordt, het 2e gordijn zorgt ervoor dat de sensor weer afgesloten wordt.
Je hebt nu de keuze wanneer de flitser zal flitsen. Op het eerste of het tweede gordijn.

Hierboven een illustratie wanneer de flitspuls gegeven wordt.
Beide instellingen leveren nagenoeg dezelfde belichting op, alleen zal het effect anders zijn.
Stel dat er een auto van links naar rechts rijdt, dan zal bij de instelling “flitsen op het 1e gordijn” het resultaat zijn, dat de rode achterlichten vóór de auto uit gaan. Bij flitsen op het 2e gordijn zal een meer natuurlijk effect geven. Dan zal je de rode lichten achter de auto zien.
Belichtings compensatie FEV of FEB

In de camera zit de optie voor belichtingscorrectie, die ervoor zorgt dat foto’s die je maakt over- of onderbelicht worden.
Equivalent aan deze optie is de zgn. Flitscompensatie. (FEV – Flash Exposure Value)
Deze optie zorgt ervoor dat er meer of minder flitslicht uitgezonden wordt.
Deze flitscompensatie kan je instellen op je camera of op je externe flitser.
Immers de camera en flitser communiceren met elkaar.
Equivalent aan deze optie is de zgn. Flitscompensatie. (FEV – Flash Exposure Value)
Deze optie zorgt ervoor dat er meer of minder flitslicht uitgezonden wordt.
Deze flitscompensatie kan je instellen op je camera of op je externe flitser.
Immers de camera en flitser communiceren met elkaar.
Rode ogen reductie
Wat zijn eigenlijk rode ogen en waardoor wordt dit veroorzaakt ?
Rode ogen zijn een reflectie van het flitslicht door het netvlies. De rode kleur komt door het bloed van het vaatvlies, dat achter het netvlies ligt. Vooral bij een grote pupilopening zal je dit euvel snel zien.
n.b. Voor het rode-ogeneffect is het niet noodzakelijk dat in de richting van het objectief wordt gekeken. Alles is afhankelijk hoe het licht de ogen binnen dringt en weerkaatst.
n.b. Voor het rode-ogeneffect is het niet noodzakelijk dat in de richting van het objectief wordt gekeken. Alles is afhankelijk hoe het licht de ogen binnen dringt en weerkaatst.
Hoe zijn rode ogen te voorkomen ?
Rode ogen zijn te voorkomen door gebruik te maken van een zgn. voorflits. Deze instelling kan je maken op je camera of op de flitser.
Als je gebruik maakt van de voorflits zal de flitser een kleine lichtpuls af geven, zodat je pupil verkleint, daarna zal de flitser pas echt flitsen.
Een andere methode is om indirect via muur of plafond te flitsen.
Als je gebruik maakt van de voorflits zal de flitser een kleine lichtpuls af geven, zodat je pupil verkleint, daarna zal de flitser pas echt flitsen.
Een andere methode is om indirect via muur of plafond te flitsen.
Hulpmiddelen voor externe flitsers

Een voorbeeld van een aantal hulpmiddelen die op een externe flitser gezet kunnen worden.
De hulpmiddelen die je hierboven ziet, zijn voornamelijk bedoeld om het licht uit de flitser te beïnvloeden. (licht te richten, of diffuus te maken)
Strobistfotografie betekent eigenlijk fotograferen met een losse flitser, dus los van de camera. Dit levert heel veel vrijheid op hoe je de flitser dan wel het licht kan richten.

Hiernaast een foto met losse flitser gemaakt en gericht op de plaats waar jij het licht wilt hebben.
De externe flitser kan met een kabel verbonden zijn of draadloos met een zgn. draadloze flitsertrigger. De meeste vrijheid zal je krijgen door met de trigger te werken.
Let op: Draadloze flits trigger ondersteunt niet altijd high-speed sync.


Afval van licht.
Nog een fenomeen waar je rekening mee moet houden, is de zgn afval van licht.
Bij een verdubbeling van de afstand tot je onderwerp er 4x zoveel licht verloren gaat. Als de afstand 3x zo groot wordt zal de lichtafval 9x zo groot zijn. Oftewel de lichtafval neemt kwadratisch toe met de afstand.
Tot slot nog een vuistregel die je kunt gebruiken:
De sluitertijd bepaalt de registratie van het omgevingslicht,
Het diafragma bepaalt de belichting van het onderwerp door je flitser.
Het diafragma bepaalt de belichting van het onderwerp door je flitser.
Heel veel succes met het flitswerk !!
Categorie: Blog
Labels: flitser
https://www.fotosemeins.nl/info/Blogs/Werken_met_de_flitser
Geen opmerkingen:
Een reactie posten